I. overwegende dat het niet tegenstrijdig is respect te betuigen voor de islam én duidelijk te maken dat het terrorisme van fundamentalistische islamitische groeperingen de ernstigste bedreiging voor de stabiliteit vormt waarmee de instellingen van de EU in de komende jaren zullen worden geconfronteerd, dat moslims niet onder discriminatie lijden als gevolg van hun geloof en dat de islam in geen geval gelijk mag worden gesteld met terrorisme,
I. in der Überzeugung, dass es überhaupt keinen Widerspruch zwischen der Äußerung tief empfundener Achtung für den Islam und der Warnung gibt, dass der Terrorismus radikal-islamistischer Gruppen die größte Bedrohung der Stabilität darstellt, vor der die Institutionen der Union in den nächsten Jahren stehen; betont, dass Moslems nicht wegens ihres Glaubens diskriminiert werden dürfen, und bekräftigt, dass die Gleichsetzung des Islam mit dem Terrorismus unter allen Umständen vermieden werden muss;