Traduction de «gaan van geharmoniseerdere europese pensioenstelsels » (Néerlandais → Allemand) :

Nu we in de richting gaan van geharmoniseerdere Europese pensioenstelsels, hoor ik steeds vaker van mijn kiezers de vraag of zij dan straks slecht beheerde of ondergekapitaliseerde staatspensioenfondsen in andere landen financieel uit de brand moeten helpen, net zoals we ook al hebben moeten opdraaien voor de slecht beheerde lidstaten en hun overheidsschulden.
Wenn wir uns in Richtung eines einheitlichen europäischen Pensions- und Rentensystems bewegen, muss ich mir von meinen Wählern die besorgte Frage anhören, ob sie sich an der Rettung unterfinanzierter oder schlecht verwalteter staatlicher Pensionsfonds in anderen Ländern beteiligen sollen, genauso wie wir uns bereits um schlecht verwaltete Länder und deren Staatsschulden kümmern mussten.

27. wijst erop dat een duurzaam pensioenstelsel afgestemd moet zijn op de demografische en economische ontwikkelingen en onderstreept dat – voor zover de mogelijkheden daartoe op ruime schaal voorhanden zijn – een driepijlerstructuur wat dat betreft een weloverwogen keuze is; stelt voor de wettelijke pensioenvoorzieningen (eerste pijler) vergezeld te laten gaan van collectief gefinancierde bedrijfspensioenregelingen (tweede pijler) en van aanvullende individuele producten in de derde pijler; wijst met nadruk op het belang van pensioenstelsels, waarin door het grote volume en dankzij prudente maar winstgevende beleggingsstrategieën voor de lange termijn solidariteit vaak wordt gecombineerd met een hoog rendement; verzoekt de Commissie een adequaat en bruikbaar systeem uit te werken voor de regulering van en het toezicht op pan-Europese pensioenproducten; onderstreept dat een interne markt voor bedrijfspensioenen en pensioenen in de derde pijler de betrokkenen de mogelijkheid kan bieden gebruik te maken van meeneembedrijfspensioenregelingen, de concurrentie kan stimuleren en de kosten voor pensioensparen kan verlagen;
27. betont, dass ein nachhaltiges Rentensystem sich an demografische und wirtschaftliche Herausforderungen anpassen muss, und unterstreicht, dass, sofern eine umfassende Verfügbarkeit gegeben ist, eine Drei-Pfeiler-Struktur eine ausgewogene Option darstellt; regt an, dass die gesetzlichen Renten (erster Pfeiler) durch umlagefinanzierte betriebliche Rentensysteme (zweiter Pfeiler) und durch individuelle zusätzliche Produkte des dritten Pfeilers ergänzt werden sollten; betont den Wert von Rentensystemen, die Solidarität mit oft hohen Erträgen verbinden, die auf ihre Größenordnung sowie auf langfristige und umsichtige, aber profitable Investitionsstrategien zurückzuführen sind; ersucht die Kommission, einen geeigneten und praktikablen Rahmen für die Regelung und Überwachung europaweiter Rentenprodukte auszuarbeiten; betont, dass ein Binnenmarkt für betriebliche Renten und Renten des dritten Pfeilers es dem Einzelnen ermöglichen würde, von übertragbaren Betriebsrentensystemen zu profitieren, den Wettbewerb fördern und die Kosten im Zusammenhang mit dem Sparen für den Ruhestand verringern würde;

B. overwegende dat de discussie over de toekomst van de pensioenen in de Europese Unie niet kan worden beperkt tot een discussie over de financierbaarheid en de transferabiliteit van de verworven rechten; overwegende derhalve dat een algemene discussie over de toekomst van de pensioenstelsels in de Europese Unie noodzakelijk is waarbij wordt uitgegaan van de maatschappelijke opdracht van de pensioenstelsels; overwegende dat de moeilijke handhaving van nationale belastingvoorschriften op de interne markt geenszins het afschermen van de nationale markten voor bedrijfspensioenregelingen rechtvaardigt; overwegende dat de eerbiediging van de nationale belastingvoorschriften, waaraan de lidstaten terecht vasthouden, ingeval van grensoverschrijdende pensioenen vergezeld zou moeten gaan van de opening van de markt in de sector van de tweede pijler,
B. in der Überzeugung, dass die Diskussion über die Zukunft der Altersversorgung in der Europäischen Union nicht auf die Finanzierbarkeit und Übertragbarkeit von erworbenen Ansprüchen beschränkt werden darf und daher eine umfassende Diskussion über die Zukunft der Altersversorgungssysteme in der Europäischen Union dringend geboten ist, wobei vom sozialen Auftrag der Altersversorgungssysteme ausgegangen wird; in der Auffassung jedoch, dass die erschwerte Durchsetzung nationaler steuerrechtlicher Vorschriften im Binnenmarkt keineswegs die Abschottung der nationalen Märkte der betrieblichen Altersversorgung rechtfertigt; in der Erwägung, dass die Einhaltung der nationalen Steuerbestimmungen, auf die die Mitgliedstaaten zu Recht großen Wert legen, bei der grenzüberschreitenden Altersversorgung mit der Öffnung des Marktes im Sektor der zweiten Säule in Einklang gebracht werden sollte,

B. overwegende dat de discussie over de toekomst van de pensioenen in de Europese Unie niet kan worden beperkt tot een discussie over de financierbaarheid en de transferabiliteit van de verworven rechten; dringt derhalve aan op een globale discussie over de toekomst van de pensioenstelsels in de Europese Unie waarbij wordt uitgegaan van de maatschappelijke opdracht van de pensioenstelsels; is desalniettemin van oordeel dat de moeilijke handhaving van nationale belastingvoorschriften op de interne markt geenszins het afschermen van de nationale markten voor bedrijfspensioenregelingen rechtvaardigt; is van mening dat de eerbiediging van de nationale belastingvoorschriften, waaraan de lidstaten terecht vasthouden, ingeval van grensoverschrijdende pensioenen vergezeld zou moeten gaan van de opening van de markt in de sector van de tweede pijler,
B. in der Überzeugung, dass die Diskussion über die Zukunft der Altersversorgung in der Europäischen Union nicht auf die Finanzierbarkeit und Übertragbarkeit von erworbenen Ansprüchen beschränkt werden darf und fordert daher nachdrücklich eine umfassende Diskussion über die Zukunft der Altersversorgungssysteme in der Europäischen Union, wobei vom sozialen Auftrag der Altersversorgungssysteme ausgegangen wird; ist jedoch der Auffassung, dass die erschwerte Durchsetzung nationaler steuerrechtlicher Vorschriften im Binnenmarkt keineswegs die Abschottung der nationalen Märkte der betrieblichen Altersversorgung rechtfertigt; ist der Meinung, dass die Einhaltung der nationalen Steuerbestimmungen, auf die die Mitgliedstaaten zu Recht großen Wert legen, bei der grenzüberschreitenden Altersversorgung mit der Öffnung des Marktes im Sektor der zweiten Säule in Einklang gebracht werden sollte,