60. betreurt dat er geen substantiële vooruitgang is geboekt wat betreft de vrijlating van politieke gevangen die gedetineerd zijn vanwege hun betrokkenheid bij de demonstraties op het Tiananmen-plein en betreurt tevens dat de Chinese autoriteiten nog steeds ieder verzoek om een grondig en onafhankelijk onderzoek naar de gebeurtenissen van 1989 negeren; dringt aan op een officiële herziening door de Chinese autoriteiten van de gebeurtenissen op het Tiananmen-plein, op publicatie van de lijst van politieke gevangenen en op hun onvoorwaardelijk vrijlating;
60. bedauert, dass im Zusammenhang mit der Freilassung der politischen Gefangenen, die aufgrund ihrer Beteiligung an den Demonstrationen auf dem Tiananmen-Platz festgenommen worden waren, keine wesentlichen Fortschritte erzielt wurden, und bedauert ferner, dass die chinesischen Behörden weiterhin die Forderungen nach einer umfassenden und unparteiischen Untersuchung der Ereignisse des Jahres 1989 ignorieren; fordert eine offizielle Neubewertung der Ereignisse auf dem Tiananmen-Platz durch die chinesischen Behörden, die Veröffentlichung einer Liste der politischen Gefangenen und ihre bedingungslose Freilassung;
