onderstreept tevens dat de mijnbouw- en grondstoffenreserves op Afghaans grondgebied, die aanzienlijke perspectieven bieden, uitsluitend het Afghaanse volk toebehoren, en dat de „bescherming” van deze middelen nooit als voorwendsel mag worden gebruikt voor een permanente aanwezigheid van buitenlandse troepen op Afghaanse bodem;
betont, dass die potenziell riesigen Bergbau- und Mineralvorkommen im afghanischen Hoheitsgebiet allein dem Volk Afghanistans gehören und dass der „Schutz“ dieser Reichtümer niemals als Vorwand für eine dauerhafte Präsenz ausländischer Truppen auf afghanischem Boden dienen darf;