5. benadrukt het belang van een volwaardig functionerend en onafhankelijk antifraude-orgaan voor de uitvoering van gecompliceerde en gevoelige onderzoeken; herhaalt zijn standpunt dat OLAF institutioneel onafhankelijk moet zijn van de Commissie en onder toezicht moet staan van een orgaan dat moet zorgen voor een deugdelijk juridisch toezicht op zijn werkzaamheden, ter waarborging van de vertrouwelijkheid en de bescherming van degenen die het onderwerp zijn van onderzoeken;
5. unterstreicht die Bedeutung eines voll funktionierenden und unabhängigen Antibetrugsorgans für die Durchführung komplexer und sensibler Nachforschungen; bekräftigt seine Haltung, dass das OLAF institutionell von der Kommission unabhängig sein und von einem Organ unterstützt werden muss, das eine einwandfreie rechtliche Überwachung seiner Aktivitäten bietet und Vertraulichkeit und Schutz für die Untersuchten gewährleistet;