Verder maakt de Rekenkamer duidelijk dat zij eraan twijfelt of een onderhandse verlening van de opdracht aan het ARTM werkelijk gerechtvaardigd was, te meer daar er geen aanknopingspunten voor gevonden konden worden dat de kredietbeheersinstantie een onderzoek in die richting op de markt heeft gedaan alvorens tot de conclusie te komen dat er geen andere organisatie met de vereiste kwalificaties was.
Ferner läßt der Rechnungshof Zweifel daran erkennen, ob eine freihändige Vergabe des Auftrages an die ARTM wirklich gerechtfertigt war, zumal keine Anhaltspunkte dafür gefunden werden konnten, daß die mittelbewirtschaftende Stelle entsprechende Nachforschungen auf dem Markt betrieben hat, bevor sie zu dem Schluß kam, daß es keine andere Organisation mit den erforderlichen Qualifikationen gab.