Omroeporganisaties in landen waar nog geen breedbeelddiensten bestonden komen in aanmerking voor steunverlening tot 80% van hun onkosten, in de andere landen tot 50%.
Dazu erhalten Sendeanstalten in Ländern, in denen es bisher noch keine Breitbildschirm-Sendungen gab, einen Zuschuß von bis zu 80% ihrer Aufwendungen für Sendungen im neuen Format. In den anderen Mitgliedstaaten beträgt der Zuschuß bis zu 50%.