5. wijst er met nadruk op dat het Gemeenschappelijk Octrooigerecht prioriteit moet verlenen aan vergroting van de rechtszekerheid en betere handhaving van octrooien, en tegelijkertijd moet zorgen voor een billijk evenwicht tussen de belangen van de houders van octrooirechten en de betrokken partijen;
5. betont, dass die Priorität des Einheitlichen Patentgerichts darin bestehen sollte, die Rechtssicherheit zu stärken und die Durchsetzung von Patenten zu verbessern, wobei ein ausgeglichenes Verhältnis zwischen den Interessen der Rechteinhaber und betroffenen Parteien zu wahren ist;