15. stemt in met het standpunt van de Raad dat de formulering en uitvoering van het beleid voor de integratie van derdelanders in de eerste plaats een zaak van de lidstaten blijft, maar dat overwogen moet worden om gemeenschappelijke basisbeginselen vast te stellen, waarbij het Parlement wenst te worden betrokken;
15. befürwortet das Vorgehen des Rates, der erklärt, dass für die Konzeption und Durchführung der Politik zur Integration von Drittstaatsangehörigen weiterhin die Mitgliedstaaten zuständig sind, gleichzeitig aber die Festlegung gemeinsamer Grundprinzipien in Betracht zieht, an der es beteiligt werden möchte;