Ten tweede voeren de verzoekende partijen aan dat artikel 4.1.8, derde lid, van het Grond- en pandendecreet een ongelijkheid van behandeling inhoudt tussen verkavelaars en bouwheren onderling, in die gemeenten waarin de in artikel 4.1.2 bedoelde sociale doelstelling is bereikt, doordat het de gemeenteraad vrijstaat in het in artikel 4.1.9 bedoelde gemeentelijk reglement Sociaal Wonen al dan niet af te zien van het opleggen van een percentage woonaanbod, of een percentage sociaal woonaanbod te hanteren dat lager is dan de normering vermeld in artikel 4.1.8, tweede lid, van het Grond- en pandendecreet.
Zweitens führen die klagenden Parteien an, dass Artikel 4.1.8 Absatz 3 des Grundstücks- und Immobiliendekrets eine Behandlungsungleichheit zwischen Parzellierern und Bauherren untereinander enthalte in den Gemeinden, in denen das in Artikel 4.1.2 vorgesehene Sozialziel erreicht worde
n sei, indem es dem Gemeinderat freistehe, in der in Artikel 4.1.9 vorgesehenen Gemeindeverordnung über soziales Wohnen gegebenenfalls vom Auferlegen eines Prozentsatzes an Wohnangeboten abzusehen oder ein prozentuales Angebot an Sozialwohnungen zu handhaben, das niedriger sei als die in Artikel 4.1.8 Absatz 2 des Grundstücks- und Immobiliendekrets angegebene
...[+++]n Normen.