39. constateert dat in een aantal lidstaten niet genoeg vooruitgang is geboekt om tegen 2020 het streefcijfer voor energie-efficiëntie van 20% te halen; herinnert eraan dat het voor het benutten van het volledige potentieel van het beleid inzake energie-efficiëntie van cruciaal belang is dat de lidstaten zich volledig houden aan de door henzelf vastgestelde streefcijfers; dringt er bij de lidstaten op aan hun ambities te vergroten en is voorstander van een grotere rol van de Commissie bij de goedkeuring van nationale actieplannen voor energie-efficiëntie;
39. stellt fest, dass es in einer Reihe von Mitgliedstaaten nicht genug Fortschritte gibt, das Energieeffizienzziel von 20% bis 2020 zu erreichen; erinnert daran, dass die umfassende Verpflichtung der Mitgliedstaaten auf die selbst gesteckten Ziele entscheidend ist, um das volle Potenzial politischer Maßnahmen zur Energieeffizienz auszuschöpfen; fordert die Mitgliedstaaten auf, ihre Ambitionen zu verstärken, und befürwortet eine stärkere Rolle der Kommission durch die Billigung der nationalen Energieeffizienz-Aktionspläne;