De Voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de persoon aan te wijzen die bevoegd is de akte van bekrachtiging van de Overeenkomst, zoals bedoeld in artikel 1, neder te leggen en de bijlagen te aanvaarden, voorzien van de eveneens in dat artikel genoemde voorbehouden, alsmede hem de nodige bevoegdheden te verlenen om de Gemeenschap te binden.
Der Präsident des Rates ist befugt, die Person zu benennen, die zur Hinterlegung der Urkunde über die Ratifikation des in Artikel 1 genannten Übereinkommens und zur Annahme ihrer ebenfalls in Artikel 1 genannten Anlagen mit den Vorbehalten bevollmächtigt ist, und ihr die erforderlichen Befugnisse zu übertragen, damit sie für die Gemeinschaft verbindlich handelt.