iii) in het geval van een vordering krachtens artikel 25, lid 1, onder e) of f), van Verordening (EG) nr. 6/2002, bovendien de afbeelding en nadere gegevens van het onderscheidend teken of het auteursrechtelijk beschermde werk waarop de vordering tot nietigverklaring is gebaseerd en nadere gegevens waaruit blijkt dat de verzoeker houder is van het oudere recht overeenkomstig artikel 25, lid 3, van die verordening;
iii) im Falle eines Antrags gemäß Artikel 25 Absatz 1 Buchstabe e) oder f) der Verordnung (EG) Nr. 6/2002 zusätzlich die Wiedergabe und Angaben zur Identifizierung des Zeichens mit Unterscheidungskraft oder des urheberrechtlich geschützten Werks, auf das sich der Antrag auf Nichtigerklärung stützt, und der Nachweis, dass der Antragsteller Inhaber des älteren Rechtes gemäß Artikel 25 Absatz 3 der genannten Verordnung ist;