53. wijst nogmaals op de dringende noodzaak van een gedragscode voor OLAF, teneinde het vermoeden van onschuld te waarborgen in gevallen waarin begunstigden zijn onderworpen aan een lang gerechtelijk vooronderzoek en uiteindelijk onschuldig worden verklaard door de rechter, maar geen vergoeding ontvangen voor de schade aan hun reputatie de of geleden verliezen;
53. drängt erneut auf die sofortige Einführung eines berufsethischen Kodex für OLAF, damit die Unschuldsvermutung für diejenigen Empfänger gewährleistet ist, gegen die lange und schädigende Ermittlungen durchgeführt werden und die schließlich von den Gerichten für unschuldig erklärt werden, ohne dass die Betroffenen für die Schädigung ihrer Ehre und die ihnen entstandenen Verluste irgendwie entschädigt werden;