Artikel 12, lid 2, bepaalt dat alle lidstaten bij het specificeren van de constitutieve bestanddelen van die regelingen ervoor zorgen "dat hun nationale wetgeving voorziet in een schadeloosstellingsregeling voor slachtoffers van op hun grondgebied gepleegde opzettelijke geweldmisdrijven, die een billijke en passende schadeloosstelling van slachtoffers garandeert".
In Artikel 12 Absatz 2 sind die Merkmale derartiger Regelungen insofern spezifiziert, als alle Mitgliedstaten dafür Sorge zu tragen haben, „dass in ihren einzelstaatlichen Rechtsvorschriften eine Regelung für die Entschädigung der Opfer von in ihrem jeweiligen Hoheitsgebiet vorsätzlich begangenen Gewalttaten vorgesehen ist, die eine gerechte und angemessene Entschädigung der Opfer gewährleistet“.