22. verzoekt de lidstaten op creatieve wijze gebruik te maken van de verschillende modellen voor het bundelen en delen van vermogens, zoals 1) gezamenlijke eigendom, 2) gemeenschappelijk gebruik van middelen in nationaal bezit, 3) gezamenlijke aankoop en 4) rol- en taakverdeling, of deze desgewenst te combineren, en pleit voor spoedige actie, inzonderheid op de bovengenoemde gebieden;
22. legt den Mitgliedstaaten nahe, die verschiedenen Modelle der Bündelung und gemeinsamen Nutzung kreativ einzusetzen, als da sind (1) Bündelung durch gemeinschaftliches Eigentum, (2) Bündelung von Mitteln in nationalem Eigentum, (3) Bündelung der Beschaffung oder (4) gemeinsame Wahrnehmung von Funktionen und Aufgaben sowie eine sachgemäße Kombination derselben, und fordert rasche Fortschritte insbesondere in den vorgenannten Bereichen;