– gezien zijn vorige resoluties over mensenrechten en democratie in Pakistan, met name die van 12 maart 2014 over de regionale rol van Pakistan en de politieke betrekkingen met de EU , die van 10 oktober 2013 over recente gevallen van geweld tegen en vervolgingen van christenen, vooral in Peshawar , die van 10 maart 2011 over Pakistan, met name de moord op Shahbaz Bhatti , die van 20 januari 2011 over de situatie van christenen in de context van vrijheid van godsdienst en die van 20 mei over godsdienstvrijheid in Pakistan ,
– unter Hinweis auf seine früheren Entschließungen zu Menschenrechten und Demokratie in Pakistan, insbesondere die Entschließung vom 12. März 2014 zu Pakistans regionaler Rolle und seinen politischen Beziehungen zur EU , die Entschließung vom 10. Oktober 2013 zu den jüngsten Fällen von Gewalt gegen Christen und Christenverfolgung, insbesondere in Peschawar , die Entschließung vom 10. März 2011 zu Pakistan, insbesondere zu dem Mord an Shahbaz Bhatti , die Entschließung vom 20. Januar 2011 zur Lage der Christen im Zusammenhang mit der Religionsfreiheit und die Entschließung vom 20. Mai 2010 zur Religionsfreiheit in Pakistan ,
