7. erkent de speciale behoeften van regio's die op grond van hun geografische ligging of natuurlijke omstandigheden bijzonder zijn benadeeld; dringt er bij de lidstaten en de Commissie eens te meer op aan vast te houden aan speciale vormen van preferentiële steun – voor zover deze effectief zijn en een Europese meerwaarde opleveren – ten behoeve van bijzonder benadeelde categorieën regio's zoals bedoeld in het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (ultraperifere regio's, zeer dunbevolkte regio's in het hoge noorden en insulaire, berg- of grensregio's);
7. erkennt die besonderen Bedürfnisse von lage- und naturräumlich besonders benachteiligten Regionen an; fordert – wie in der Vergangenheit – die Mitgliedstaaten und die Kommission auf, für die im Vertrag über die Arbeitsweise der Europäischen Union von Lissabon genannten besonders benachteiligten Regionstypen (Regionen in äußerster Randlage, sehr dünn besiedelte nördlichste Regionen und Insel-, Berg- oder Grenzregionen) besondere Förderpräferenzen beizubehalten, sofern dies effektiv ist und einen europäischen Mehrwert erbringt;