Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "grondwet doordat deze bepaling de administratie de bevoegdheid verleent zelfs nadat " (Nederlands → Duits) :

« Schendt artikel 260 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (thans artikel 355 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992) het gelijkheidsbeginsel zoals vastgelegd in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat deze bepaling de administratie de bevoegdheid verleent zelfs nadat de aanslagtermijnen zijn verstreken een nieuwe, vervangende aanslag te vestigen wanneer de oorspronkelijke aanslag hetzij door de gewestelijke directeur, hetzij door de rechter nietig werd verklaard, zodat de administratie aldus in de gelegenheid wordt gesteld een door haar begane onregelmatigheid te herstellen, terwijl de gewone rechtsonderhorig ...[+++]

« Verstösst Artikel 260 des Einkommensteuergesetzbuches 1964 (jetzt Artikel 355 des Einkommensteuergesetzbuches 1992) gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheitsgrundsatz, indem diese Bestimmung der Verwaltung die Zuständigkeit erteilt, sogar nach Ablauf der Veranlagungsfristen eine neue, ersetzende Veranlagung festzusetzen, wenn die ursprüngliche Veranlagung entweder vom regionalen Steuerdirektor oder vom Richter für nichtig erklärt wurde, wodurch die Verwaltung somit in die Lage versetzt wird, eine von ...[+++]


« Schendt artikel 260 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (thans artikel 355 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992) het gelijkheidsbeginsel zoals vastgelegd in de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat deze bepaling de administratie de bevoegdheid verleent zelfs nadat de aanslagtermijnen zijn verstreken een nieuwe, vervangende aanslag te vestigen wanneer de oorspronkelijke aanslag hetzij door de gewestelijke directeur, hetzij door de rechter nietig werd verklaard, zodat de administratie aldus in de gelegenheid wordt gesteld een door haar begane onregelmatigheid te herstellen, terwijl de gewone rechtsonderhorig ...[+++]

« Verstösst Artikel 260 des Einkommensteuergesetzbuches 1964 (jetzt Artikel 355 des Einkommensteuergesetzbuches 1992) gegen den in den Artikeln 10 und 11 der Verfassung verankerten Gleichheitsgrundsatz, indem diese Bestimmung der Verwaltung die Zuständigkeit erteilt, sogar nach Ablauf der Veranlagungsfristen eine neue, ersetzende Veranlagung festzusetzen, wenn die ursprüngliche Veranlagung entweder vom regionalen Steuerdirektor oder vom Richter für nichtig erklärt wurde, wodurch die Verwaltung somit in die Lage versetzt wird, eine von ...[+++]


Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en J. Spreutels, en de rechters E. De Groot, L. Lavrysen, T. MerckxVan Goey, P. Nihoul en T. Giet, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 8 december 2014 in zake de bvba « Untill » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 december 2014, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 198, § 1, 10° WIB 92 in sam ...[+++]

Der Verfassungsgerichtshof, zusammengesetzt aus den Präsidenten A. Alen und J. Spreutels, und den Richtern E. De Groot, L. Lavrysen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul und T. Giet, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten A. Alen, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 8. Dezember 2014 in Sachen der « Untill » PGmbH gegen den belgischen Staat, dessen Ausfertigung am 23. Dezember 2014 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Antwerpen, Abteilung Antwerpen, folgende Vorabentscheidungs ...[+++]


Bij zijn arrest nr. 226.095 van 15 januari 2014 vraagt de Raad van State of diezelfde bepaling bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat het in het geding zijnde artikel de Koning de mogelijkheid geeft om die staatswaarborg te verlenen aan natuurlijke personen die vennoot zijn in een erkende coöperatieve vennootschap, terwijl die bepaling « Hem niet een dergelijke bevoegdheid verleent ...[+++]ten voordele van de vennoten of de aandeelhouders van elke andere vennootschap die in de financiële sector actief is, inzonderheid een kredietinstelling » (eerste prejudiciële vraag in de zaak nr. 5814) en terwijl die bepaling « Hem niet een dergelijke bevoegdheid verleent ten voordele van de instellingen voor de financiering van pensioenen, en van de aangeslotenen en rechthebbenden ervan, of ten voordele van de gemeenten die verenigd zijn binnen de Gemeentelijke Holding » (tweede prejudiciële vraag in de zaak nr. 5814).

In seinem Entscheid Nr. 226. 095 vom 15. Januar 2014 fragt der Staatsrat, ob dieselbe Bestimmung mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar sei, indem der fragliche Artikel es dem König ermögliche, natürlichen Personen, die Gesellschafter einer zugelassenen Genossenschaft seien, diese Staatsgarantie zu gewähren, während diese Bestimmung « Ihm nicht eine solche Befugnis zugunsten der Gesellschafter oder Aktionäre jeder anderen im Finanzsektor tätigen Gesellschaft - insbesondere einer Kreditanstalt - erteilt » (erste Vorabentscheidungsfrage in der Rechtssache Nr. 5814) und während diese Bestimmung « Ihm nicht eine solche Befugnis ...[+++]


De prejudiciële vraag strekt ertoe van het Hof te vernemen of artikel 260 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964 (artikel 355 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992) de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt doordat de administratie, zelfs nadat de aanslagtermijnen zijn verstreken, een nieuwe, vervangende aanslag mag vestigen wanneer de oorspronkelijke aanslag nietig werd verklaard.

Dem Hof wird die präjudizielle Frage gestellt, ob Artikel 260 des Einkommensteuergesetzbuches 1964 (Artikel 355 des Einkommensteuergesetzbuches 1992) gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstosse, indem die Verwaltung selbst nach Ablauf der Veranlagungsfristen eine neue, ersetzende Veranlagung festsetzen könne, wenn die ursprüngliche Veranlagung für nichtig erklärt worden sei.


Uit de motivering van het verwijzingsarrest blijkt dat de prejudiciële vraag betrekking heeft op de overeenstemming van artikel 1bis, § 2, van de wet van 18 maart 1838 met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang met artikel 182 ervan, doordat het de Koning de bevoegdheid verleent de leerprogramma's te bepalen van de afdeling " Alle Wapens" en op die manier een verschil in behandeling doet ontstaan tussen de leerlingen van die afdeling en d ...[+++]

Aus der Begründung des Verweisungsurteils geht hervor, dass sich die präjudizielle Frage auf die Übereinstimmung von Artikel 1bis § 2 des Gesetzes vom 18. März 1838 mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 182 der Verfassung bezieht, indem er dem König die Befugnis verleiht, die Lehrprogramme der Abteilung « Alle Waffen » festzulegen, und auf diese Weise einen Behandlungsunterschied schafft zwischen den Schülern dieser Abteilung und den Schülern der polytechnischen Abteilung, für die Artikel 1bis § 1 des beanstandeten ...[+++]




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'grondwet doordat deze bepaling de administratie de bevoegdheid verleent zelfs nadat' ->

Date index: 2021-11-13
w