In het tweede middel houden de verzoekers staande dat de bestreden bepaling de artike
len 10 en 11 van de Grondwet schendt doordat ze een
niet verantwoord verschil
in behandeling instelt tussen de categorie van pers
onen die zich bezig houdt met het kweken van vogels en de categorie van personen die andere wilde dieren kweekt, nu de beschermingsmaatregelen ten aanzien van
...[+++] de in gevangenschap levende dieren enkel gelden voor vogels.
Im zweiten Klagegrund behaupten die Kläger, dass die beanstandete Bestimmung gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstosse, indem sie einen nicht gerechtfertigten Behandlungsunterschied zwischen der Kategorie von Personen einführe, die mit der Züchtung von Vögeln beschäftigt sei, und der Kategorie von Personen, die andere wildlebende Tiere züchte, da die Schutzmassnahmen für die in Gefangenschaft lebenden Tiere nur für Vögel gelte.