Zonder dat het nodig is de algemene vraag te onderzoeken of het Hof uitspraak moet doen over elke op grond van artikel 159 van de Grondwet steunende exceptie, stelt het Hof vast dat het antwoord op de te dezen opgeworpen exceptie onontbeerlijk is om het bevoegdheidsrechtelijke probleem op te lossen.
Ohne dass es nötig wäre, die allgemeine Frage zu prüfen, ob der Hof über jede auf Artikel 159 der Verfassung beruhende Einrede zu befinden hat, stellt der Hof fest, dass die Antwort auf die im vorliegenden Fall erhobene Einrede für die Lösung des zuständigkeitsrechtlichen Problems unentbehrlich ist.
