Uit de gegevens van het dossier en uit de motivering van de verwijzingsbeslissing blijkt dat de verzoekende partijen voor het verwijzende rechtscollege, met toepassing van artikel 51/4, § 2, eerste lid, van de wet van 15 december 1980, onherroepelijk en schriftelijk hebben aangegeven dat zij de hulp van een tolk nodig hadden tijdens het onderzoek van hun aanvragen tot verkrijging van het statuut van vluchteling.
Aus den Elementen der Akte und der Begründung der Verweisungsentscheidung geht hervor, dass die klagenden Parteien vor dem verweisenden Rechtsprechungsorgan in Anwendung von Artikel 51/4 § 2 Absatz 1 des Gesetzes vom 15. Dezember 1980 unwiderruflich und schriftlich angegeben haben, dass sie während der Prüfung ihrer Anträge auf Erhalt des Flüchtlingsstatus die Unterstützung durch einen Dolmetscher benötigten.