6. is van oordeel dat het concurrentiemodel en het vrijhandelsfundamentalisme dat het economisch beleid van de EU domineert, en dat in belangrijke mate aan de basis ligt van de ongelijkheden binnen de Unie en de lidstaten, indien toegepast op de euromediterrane economische en handelsbetrekkingen, ook daar hetzelfde negatieve effect zal hebben van vergroting van de kloof tussen de armere en de rijkere landen en tussen de arme en de rijke bevolkingsgroepen binnen elk land;
6. ist der Auffassung, dass sich das Paradigma der Wettbewerbsfähigkeit und der Freihandelsfundamentalismus, die die Wirtschaftspolitik der EU geprägt haben, die zum großen Teil ursächlich ist für das Anwachsen von Ungleichheiten auf dem Gebiet der Union und in den Mitgliedstaaten, bei einer Anwendung auf die Euromed-Wirtschafts- und Handelsbeziehungen ebenso negativ auf das Gefälle zwischen reicheren und ärmeren Ländern und zwischen den reicheren und den ärmeren Menschen eines Landes auswirken würden;