31. stelt vast dat het tijdschema en de procedures voor het Europees semester zich zodanig hebben ontwikkeld dat het Parlement geen formele rol krijgt toebedeeld in de cyclus en daardoor niet voldoende tijd heeft voor beraadslaging voorafgaand aan de lentetop van de Europese Raad;
31. stellt fest, dass sich der Zeitplan und die Verfahren des Europäischen Semesters in einer Weise entwickelt haben, die dem Parlament keine offizielle Rolle im Zyklus und somit keine ausreichende Zeit für Beratungen vor der Frühjahrstagung des Europäischen Rates einräumt;