4. uit zijn bezorgdheid over de geringe particuliere bestedingen, vooral in bepaalde lidstaten, die aan de lage groeicijfers in de EU en aan de huidige mondiale
onevenwichtigheden hebben bijgedragen en die een
gevolg zijn van de heersende onzekerheid over werkgelegenheid en pensioenen, de aanhoudend hoge werkloosheidsgraad en de trage groei van het reële inkomen; herinnert aan het in geïntegreerd richtsnoer 4 vervatte engagement om erop toe te zien dat stijgingen van de nominale lonen en de arbeidskosten in overeenstemming zijn met d
...[+++]e prijsstabiliteit en de trendmatige ontwikkeling van de productiviteit op de middellange termijn; 4. zeigt sich besorgt über den schwachen privaten Verbrauch, insbesondere in einigen Mitgliedstaaten, der zu den niedrigen Wachstumsraten in der Europäischen Union und damit zu den derzeitigen globalen Ungleichgewichten beigetragen
hat und der auf das vorherrschende Klima der Ungewissheit in Bezug au
f Arbeitsplätze und Renten, die anhaltend hohe Arbeitslosigkeit und das langsame Wachstum der Reallöhne zurückzuführen ist; erinnert an die mit der Integrierten Leitlinie 4 eingegangene Verpflichtung, bei den Nominallöhnen und den Arbeits
...[+++]kosten mit der Preisstabilität und dem mittelfristigen Produktivitätstrend in Einklang stehende Entwicklungen zu fördern;