In de parlementaire voorbereiding van de in het geding zijnde bepaling wordt ook herhaalde malen verklaard dat een beslissingsbevoegdheid van of een beroepsmogelijkheid bij de rechter niet raadzaam zou zijn gelet op de bestaande gerechtelijke achterstand (Parl. St., Kamer, 2000-2001, DOC 50-0549/011, p. 65; Parl. St., Senaat, 2001-2002, nr. 2-778/7, p. 37).
In den Vorarbeiten zu der fraglichen Bestimmung wurde auch mehrfach erklärt, dass eine Entscheidungsbefugnis des Richters oder eine Beschwerdemöglichkeit bei ihm angesichts des bestehenden gerichtlichen Rückstands nicht ratsam wäre (Parl. Dok., Kammer, 2000-2001, DOC 50-0549/011, S. 65; Parl. Dok., Senat, 2001-2002, Nr. 2-778/7, S. 37).