6. geeft uiting aan zijn ongenoegen omtrent de kredieten die op de OB-2009 worden uitgetrokken voor Palestina; is van mening dat de Commissie bij de programmering van de benodigde steun in dit geval kan voortbouwen op de ervaring die is opgedaan en op de geraamde behoeften, en derhalve in staat zou moeten zijn om de financiële middelen toe te wijzen die nodig zijn om bij te dragen aan de levensvatbaarheid van de Palestijnse autoriteiten en aan het vredesproces in het Midden-Oosten; dringt er derhalve op aan dat het voor 2009 uit te trekken bedrag ten minste wordt gelijkgetrokken met hetgeen hiervoor in 2007 is gespendeerd;
6. bringt seine Unzufriedenheit über die im HE 2009 eingeplanten Mittelzuweisungen für Palästina zum Ausdruck, ist der Auffassung, dass sich die Kommission bei der Planung der erforderlichen Hilfe in diesem Fall auf Erfahrungen und Bedarfsschätzungen stützen kann und demzufolge in der Lage sein sollte, die Mittel zuzuweisen, die als Beitrag für das weitere Funktionieren der palästinensischen Behörden und für den Friedensprozess im Nahen Osten erforderlich sind; fordert daher, dass der für 2009 vorgesehene Betrag mindestens so hoch ausfällt wie der Betrag für 2007;