Aan het Hof wordt een vraag gesteld over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 1385undecies van het Gerechtelijk Wetboek, vóór de inwerkingtreding van artikel 53bis van hetzelfde Wetboek, in die zin geïnterpreteerd dat wordt vermoed dat de ontvangst van een directoriale beslissing gebeurt op de werkdag die volgt op die van de verzending ervan.
Der Hof wird dazu befragt, ob Artikel 1385undecies des Gerichtsgesetzbuches vor dem Inkrafttreten von Artikel 53bis desselben Gesetzbuches, ausgelegt in dem Sinne, dass von der Vermutung ausgegangen werde, dass eine Entscheidung des Steuerdirektors am ersten Werktag nach ihrem Versand empfangen werde, mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar sei.