59. vestigt eens te meer de aandacht op de economische voordelen voor Europa van de totstandbrenging van grootscheepse nieuwe industrieprojecten naar het voorbeeld van wat er gebeurt in de lucht- en ruimtevaart, die nodig zijn om de kritische massa te bereiken die nodig is om de wereldwijde concurrentie het hoofd te kunnen bieden; wijst er met nadruk op dat deze projecten hetzij op Unieniveau, hetzij uit eigen beweging tussen de lidstaten kunnen worden opgezet;
59. bekräftigt, dass es im wirtschaftlichen Interesse Europas liegt, neue Großprojekte in der Industrie wie im Bereich Raumfahrt und Weltraum einzuleiten, damit die notwendige kritische Masse erreicht wird, um sich mit der weltweiten Konkurrenz messen zu können; weist darauf hin, dass diese Großprojekte auf EU-Ebene oder auch freiwillig zwischen mehreren Mitgliedstaaten stattfinden können;