14. benadrukt dat culturele productiviteit en artistieke creativiteit op duurzame wijze moeten worden gewaarborgd, maar dat de maatschappelijke positie van kunstenaars hiervoor goed onderbouwd moet zijn, waartoe onder meer een adequaat wettelijk kader op het gebied van belastingen, arbeid, sociale zekerheid en auteursrechten behoort;
14. betont, dass kulturelle Produktivität und die Kreativität von Künstlern nachhaltig zu gewährleisten sind, was jedoch eine gesicherte soziale Lage von Künstlern voraussetzt, wie z.B. angemessene Rahmenbedingungen im Steuer-, Arbeits- und Sozialversicherungs- sowie im Urheberrecht;