Hij beweert dat hij in zijn hoedanigheid van verantwoordelijke van een vakbondsorganisatie die de leden van die organisatie kan oproepen om deel te nemen aan vakbondsacties, en inzonderheid aan stakingsacties, het risico loopt strafrechtelijk te worden vervolgd op grond van artikel 126, § 3, eerste lid, van de wet indien hij niet preciseert dat die oproepen zich niet richten tot de ambtenaren die het ministerieel bevel hebben gekregen om het werk voort te zetten of te hervatten, voorgeschreven in paragraaf 2 van die bepaling.
Er führt an, dass er in seiner Eigenschaft als Verantwortlicher einer Gewerkschaftsorganisation, der deren Mitglieder zur Teilnahme an Gewerkschaftsaktionen, insbesondere an Streikaktionen, aufrufen könne, Gefahr laufe, strafrechtlich verfolgt zu werden auf der Grundlage von Artikel 126 § 3 Absatz 1 des Gesetzes, wenn er nicht präzisiere, dass diese Aufrufe nicht an die Bediensteten gerichtet seien, die den in § 2 dieser Bestimmung vorgesehenen ministeriellen Befehl zur Weiterführung oder Wiederaufnahme der Arbeit erhalten hätten.