« Schendt art. 38, § 5, van de Wegverkeerswet (de gecoördineerde wetten over het wegverkeer, gecoördineerd bij K.B. van 16 maart 1968), ingevoegd door de wet van 21 april 2007, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat aan een bestuurder die een overtreding waarop die bepaling betrekking heeft, begaat met een motorrijtuig van de categorie waarvoor hij over een geldig rijbewijs beschikt, meer bepaald een motorfiets waarvoor hij over een geldig rijbewijs voor de categorie A beschikt, verplicht een vervallenverklaring van het recht tot sturen moet worden opgelegd en het herstel in het recht tot sturen afhankelijk moet worden gemaakt van het slagen voor een theoretisch of praktisch examen indien die bestuurder op het tijdstip van de overtr
...[+++]eding tegelijk, doch sedert minder dan twee jaar, over een rijbewijs voor de categorie B beschikt, terwijl dit niet het geval is voor eenzelfde bestuurder die niet tegelijk sinds minder dan twee jaar over een rijbewijs voor de categorie B beschikt ?« Verstösst Artikel 38 § 5 des Gesetzes über die Strassenverkehrspolizei (durch den königlichen Erlass vom 16. März 1968 koordinierte Gesetze über die Strassenverkehrspolizei), eingefügt durch das Gesetz vom 21. April 2007, gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem einem Führer, der einen Verstoss, auf den sich diese Bestimmung bezieht, mit einem Motorfahrzeug der Klasse, für die er im Besitz eines gültigen Führerscheins ist, begeht, insbesondere mit einem Motorrad, für das er im Besitz eines gültigen Führerscheins der Klasse A ist, verpflichtend die Entziehung der Fahrerlaubnis aufzuerlegen und die Wiedererlangung der Fahrerlaubnis vom Bestehen einer theoretischen oder praktischen Prüfung abhängig zu machen ist, wenn dieser Führer
...[+++]zum Zeitpunkt des Verstosses zugleich, jedoch seit weniger als zwei Jahren, im Besitz eines Führerscheins der Klasse B ist, während dies nicht gilt für den gleichen Führer, der nicht zugleich seit weniger als zwei Jahren im Besitz eines Führerscheins der Klasse B ist?