2. is ervan overtuigd dat de - al
dan niet maffiose - georganiseerde criminaliteit een van de belangrijkste bedreigingen vormt voor de interne veiligheid en de vrijheid van de burgers van de EU; is van mening dat er weliswaar een
risico bestaat dat criminele organisaties steeds va
ker samenwerken met terroristische organisaties, maar dat de georganiseerde criminaliteit en het terrorism
e toch afz ...[+++]onderlijk moeten worden aangepakt, en roept op tot een specifieke, horizontale EU-strategie over deze kwestie die wetgevende en operationele maatregelen, de toewijzing van middelen en een strak tijdsschema bevat; steunt de conclusies van de Raad van 8-9 november 2010 over de EU-beleidscyclus ter bestrijding van de georganiseerde criminaliteit en verzoekt de Raad het besluit te herzien en ervoor te zorgen dat het Parlement betrokken wordt bij de vaststelling van prioriteiten, de discussie over de strategische doelen en de beoordeling van de resultaten van de beleidscyclus;