Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "hof niets waarmee " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE
niet vooruitlopen op het oordeel van het Hof van Justitie

der Auffassung des Gerichtshofs nicht vorgreifen


voor het Hof van Justitie de niet-toepasselijkheid van deze verordening inroepen

vor dem Gerichtshof die unanwendbarkeit dieser Verordnung geltend machen


de uitspraak loopt niet vooruit op de beslissing van het Hof,uitspraak doende in de hoofdzaak

die Entscheidung greift der Entscheidung des Gerichtshofes in der Hauptsache in keiner Weise vor
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Het Hof van Justitie heeft herhaaldelijk geoordeeld dat wat betreft de vraag of het doel dat wordt nagestreefd met een ter beoordeling staande maatregel legitiem is, de lidstaten over een ruime beoordelingsbevoegdheid beschikken, niet alleen bij de beslissing welke van meerdere doelstellingen van sociaal beleid en werkgelegenheidsbeleid zij specifiek willen nastreven, maar ook bij het bepalen van de maatregelen waarmee die doelstelling kan worden verwezenlijkt (HvJ, 19 juni 2014, Specht e.a., C-501/12-C-506/12, C-540/12 en C-541/12, p ...[+++]

Der Europäische Gerichtshof hat wiederholt entschieden, dass hinsichtlich der Frage, ob das mit einer zur Beurteilung unterbreiteten Maßnahme angestrebte Ziel legitim ist, die Mitgliedstaaten nicht nur bei der Entscheidung darüber, welches konkrete Ziel von mehreren sie im Bereich der Arbeits- und Sozialpolitik verfolgen wollen, sondern auch bei der Festlegung der zu seiner Erreichung geeigneten Maßnahmen über ein weites Ermessen verfügen (EuGH, 19. Juni 2014, Specht u.a., C-501/12-C-506/12, C-540/12 und C-541/12, Randnr. 46 und die darin zitierte Rechtsprechung; EuGH, 21. Januar 2015, Felber, C-529/13, Randnr. 30).


Voor wat betreft het argument van de Commissie dat het door de mogelijkheid die overheidsinstanties hebben om terugbetalingen te differentiëren lijkt alsof er sprake is van een behandeling van marktdeelnemers op discretionaire basis buiten het kader van enkel en alleen het beheer van belastingopbrengsten op basis van objectieve criteria, wat volgens het Hof van Justitie kan betekenen dat de individuele toepassing van een algemene maatregel de kenmerken krijgt van een selectieve maatregel , benadrukken de Franse autoriteiten dat een algemene maatregel voor alle producenten met ingang van het verkoopseizoen 2009/2010 is ingesteld ter voorbereiding op de afloop van de melkquotaregeling, en dat de drempel voor terugbetaling van 1 % of 2 % niet- ...[+++]

Hinsichtlich des Arguments der Kommission, nach dem die Möglichkeit der Behörden zur variablen Gestaltung der Rückerstattungen vom Vorliegen einer Ermessensbehandlung von Wirtschaftsbeteiligten außerhalb der bloßen Verwaltung der Steuereinnahmen nach objektiven Kriterien zu zeugen scheint, wodurch laut dem Gerichtshof die Einzelanwendung einer allgemeinen Maßnahme als selektive Maßnahme eingestuft werden kann , heben die französischen Behörden hervor, dass eine allgemeine Maßnahme, die alle Erzeuger umfasst, ab dem Wirtschaftsjahr 2009-2010 im Hinblick auf das Auslaufen der Milchquotenregelung eingerichtet wurde, und dass der Schwellenwert für die Rückerstattung von 1 % oder 2 % diskriminierungsfrei sei, da er für alle Milcherzeuger auf der Basis der Menge gil ...[+++]


Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met het vermoeden van onschuld zoals gewaarborgd bij artikel 6.2 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, van artikel 33 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties (hierna : de wet van 24 juni 2013) in zoverre daarin zou worden voorzien dat de administratieve geldboete die kan worden opgelegd wegens welbepaalde verkeersinbreuken, « bij afwezigheid van de bestuurder », te allen tijde ten laste wordt gelegd van de houder van de kentekenplaat van het ...[+++]

Der Gerichtshof wird gefragt, ob Artikel 33 des Gesetzes vom 24. Juni 2013 über die kommunalen Verwaltungssanktionen (nachstehend: Gesetz vom 24. Juni 2013) mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit der durch Artikel 6 Absatz 2 der Europäischen Menschenrechtskonvention gewährleisteten Unschuldsvermutung, vereinbar sei, insofern darin vorgesehen sei, dass die administrative Geldbuße, die wegen bestimmter Verkehrsverstöße auferlegt werden könne « bei Abwesenheit des Führers », jederzeit dem Inhaber des Nummernschildes des Fahrzeugs, mit dem ein Verkehrsverstoß begangen worden sei, auferlegt werde und somi ...[+++]


De verwijzende rechtscolleges wensen van het Hof te vernemen of artikel 33, derde lid, van de wet van 24 juni 2013 bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met het vermoeden van onschuld zoals gewaarborgd bij artikel 6.2 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in de interpretatie dat het een onweerlegbaar vermoeden van schuld invoert ten laste van de houder van de kentekenplaat van het voertuig waarmee een verkeersovertreding werd begaan.

Die vorlegenden Rechtsprechungsorgane möchten vom Gerichtshof erfahren, ob Artikel 33 Absatz 3 des Gesetzes vom 24. Juni 2013 vereinbar sei mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit der durch Artikel 6 Absatz 2 der Europäischen Menschenrechtskonvention gewährleisteten Unschuldsvermutung, ausgelegt in dem Sinne, dass dadurch eine unwiderlegbare Schuldvermutung zu Lasten des Inhabers des Nummernschildes des Fahrzeugs, mit dem ein Verkehrsverstoß begangen worden sei, eingeführt werde.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van artikel 10 van de wet van 22 maart 2001 met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het bepaalt, in het derde lid ervan, dat artikel 10, eerste lid, van de in het geding zijnde wet niet van toepassing is « op de opbrengst van de afstand van het woonhuis van de betrokkene en/of van de personen waarmee hij dezelfde hoofdverblijfplaats deelt die geen ander bebouwd onroerend goed bezit of bezitten », terwijl artikel 10, eerste lid, wel wordt toegepast « indien de betrokkene en ...[+++]

Der Gerichtshof wird zur Vereinbarkeit von Artikel 10 des Gesetzes vom 22. März 2001 mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung befragt, insofern er in seinem Absatz 3 bestimme, dass Artikel 10 Absatz 1 des in Rede stehenden Gesetzes nicht anwendbar sei « auf den Erlös aus der Abtretung des Wohnhauses des Betreffenden und/oder der Personen, mit denen er denselben Hauptwohnort teilt, wenn der Betreffende oder diese Personen kein anderes bebautes unbewegliches Gut besitzen », während Artikel 10 Absatz 1 wohl zur Anwendung komme, « wenn der Betreffende und/oder die Personen, mit denen er denselben Hauptwohnort teilt, wohl ein anderes bebaut ...[+++]


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 7 januari 2015 in zake Marcel Yabili tegen de Belgische Staat en de Dienst voor de Overzeese Sociale Zekerheid, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 15 januari 2015, heeft de Franstalige Arbeidsrechtbank te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 51 van de wet van 17 juli 1963 betreffende de overzeese sociale zekerheid de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 26 van het Intern ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 7. Januar 2015 in Sachen Marcel Yabili gegen den belgischen Staat und das Amt für überseeische soziale Sicherheit, dessen Ausfertigung am 15. Januar 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das französischsprachige Arbeitsgericht Brüssel folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 51 des Gesetzes vom 17. J ...[+++]


De partijen voor het Hof vermogen immers de draagwijdte van de prejudiciële vraag niet te wijzigen of uit te breiden door andere categorieën van personen dan die welke zijn bepaald in de prejudiciële vraag aan te wijzen waarmee bij de toetsing aan de artikelen 10 en 11 van de Grondwet bijkomend zou moeten worden vergeleken.

Die Parteien vor dem Gerichtshof können nämlich die Tragweite der Vorabentscheidungsfrage nicht ändern oder erweitern, indem sie andere Kategorien von Personen als diejenigen, die in der Vorabentscheidungsfrage genannt wurden, bestimmen, mit denen bei der Prüfung anhand der Artikel 10 und 11 der Verfassung ein zusätzlicher Vergleich vorzunehmen wäre.


Uit het arrest van het Hof van Justitie van 7 november 2013 (C-473/12), waarnaar het arrest nr. 59/2014 verwijst en waarmee het Hof van Justitie heeft geantwoord op prejudiciële vragen van het Hof, blijkt dat beide situaties niet van elkaar zijn te onderscheiden : « 41.

Aus dem Urteil des Europäischen Gerichtshofes vom 7. November 2013 (C-473/12), auf das in dem Entscheid Nr. 59/2014 verwiesen wird und mit dem der Europäische Gerichtshof Vorabentscheidungsfragen des Verfassungsgerichtshofes beantwortet hat, geht hervor, dass beide Situationen nicht voneinander zu unterscheiden sind: « 41.


II. dat de erkenning van Nederland als lidstaat van de Europese Unie onmiddellijk moet worden ingetrokken omdat Nederland met het opnemen van artikel 120 in de Grondwet, de overige artikelen uit die Grondwet heeft uitgeschakeld, wat niet mag worden getoetst door een rechter en Nederland om die reden ook niet over een Grondwettelijk Hof beschikt, waarmee in ernstige mate wordt gehandeld in strijd met het Europese Verdrag van Lissabon ».

II. dass die Anerkennung der Niederlande als Mitgliedstaat der Europäischen Union sofort zu widerrufen ist, weil die Niederlande mit der Aufnahme von Artikel 120 in die Verfassung die übrigen Artikel dieser Verfassung ausser Kraft gesetzt hat, was nicht von einem Richter geprüft werden kann, wobei die Niederlande deshalb auch nicht über einen Verfassungsgerichtshof verfügen, wodurch in ernsthaftem Masse im Widerspruch zum europäischen Vertrag von Lissabon gehandelt wird ».


In de eerste plaats moeten de beschikkingen 2006/105 en 2006/115 aldus worden uitgelegd dat zij noch voorzien in noch verwijzen naar bepalingen waarmee wordt beoogd een regeling in te voeren voor de vergoeding van schade ten gevolge van de daarin neergelegde maatregelen, en in de tweede plaats is het Hof niet bevoegd om te beoordelen of een nationale wettelijke regeling zoals die in het hoofdgeding, die niet voorziet in volledige vergoeding van de schade — de gederfde winst daaronder begrepen — die is geleden ten gevolge van de vastst ...[+++]

Die Entscheidungen 2006/105 und 2006/115 sind dahin auszulegen, dass sie weder Vorschriften enthalten noch auf Vorschriften verweisen, die die Einführung einer Entschädigungsregelung für Schäden bezwecken, die durch die in diesen Entscheidungen vorgesehenen Maßnahmen verursacht wurden, und dass der Gerichtshof nicht dafür zuständig ist, die Rechtmäßigkeit nationaler Rechtsvorschriften wie der im Ausgangsverfahren in Rede stehenden, die keine Entschädigung für sämtliche Schäden, einschließlich des entgangenen Gewinns, vorsehen, die durch den Erlass von mit dem Unionsrecht in Einklang stehenden nationalen Maßnahmen zum Schutz vor der Aviär ...[+++]




Anderen hebben gezocht naar : hof niets waarmee     


datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'hof niets waarmee' ->

Date index: 2021-08-19
w