3. Vóór de stemming mogen uitsluitend de indiener van het verzoek, een voorstander, een tegenstander, alsmede de voorzitter en/of de rapporteur van de bevoegde commissie, elk voor ten hoogste drie minuten, het woord voeren.
3. Vor der Abstimmung kann nur dem Antragsteller, einem Redner für, einem Redner gegen den Antrag und dem Vorsitz und/oder dem Berichterstatter des zuständigen Ausschusses für je höchstens drei Minuten das Wort erteilt werden.