Het Hof heeft erop gewezen dat de minister van Justitie bij de uitoefening van de hem toegekende bevoegdheid de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in acht moet nemen en dat het de administratieve of de gewone rechtscolleges toekomt om, binnen de grenzen van hun bevoegdheid, daarop toe te zien (zie onder meer de arresten nrs. 52/97 en 20/2013).
Der Gerichtshof hat darauf hingewiesen, dass der Minister der Justiz bei der Ausübung der ihm zugeteilten Befugnis die Artikel 10 und 11 der Verfassung beachten muss und dass es Sache der administrativen Rechtsprechungsorgane beziehungsweise der ordentlichen Gerichte ist, dies innerhalb der Grenzen ihrer Zuständigkeit zu überwachen (siehe unter anderem die Entscheide Nrn. 52/97 und 20/2013).