Dit wordt overigens bevestigd in de parlementaire voorbereiding van de ordonnantie van 22 december 1994, waarin de bevoegde Minister op de vraag of alle eigendommen van vreemde Staten of internationale instellingen zijn vrijgesteld, ongeacht hun bestemming, antwoordde « dat alleen de eigendommen die voor publieke doeleinden worden aangewend, zijn vrijgesteld.
Dies wird im Ubrigen bestätigt in den Vorarbeiten zur Ordonnanz vom 22. Dezember 1994, wobei der zuständige Minister auf die Frage, ob das gesamte Eigentum ausländischer Staaten oder internationaler Einrichtungen ungeachtet seiner Bestimmung befreit sei, antwortete: « Nur das für öffentliche Zwecke benutzte Eigentum ist befreit.