2. Tot cooerdinatie van de maatregelen die de Lid-Staten overeenkomstig lid 1, onder i), hebben vastgesteld in het kader van hun nationale inentingsprogramma's tegen mond- en klauwzeer wordt besloten volgens de procedure van artikel 16, ten einde de doeltreffendheid van deze maatregelen te waarborgen.
(2) Um die Wirksamkeit der von den Mitgliedstaaten im Rahmen ihrer nationalen Maul- und Klauenseucheimpfpläne getroffenen Maßnahmen nach Absatz 1 Ziffer i) sicherzustellen, werden diese nach dem Verfahren des Artikels 16 koordiniert.