Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Aansprakelijkheid van de huurder
Afgaande huurder
Communiceren met huurders
Gerechtelijke uitzetting
Herstelling ten laste van de huurder
Herstellingen ten laste van de huurder
Huurder
Kandidaat-huurder
Middelen van bestaan
Reparatie waartoe de huurder verplicht is
Reparatien tot welke de huurder verplicht is
Uitzetting uit een woning
Uitzetting van de huurder
Verandering van huurder afhandelen

Traduction de «huurder bestaan » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous
herstellingen ten laste van de huurder | reparatien tot welke de huurder verplicht is

zu Lasten des Mieters gehende Instandsetzungsarbeiten


herstelling ten laste van de huurder | reparatie waartoe de huurder verplicht is

Ausbesserungen der Wohnung zu Lasten des Mieters | Wiederinstandsetzungskosten für die Wohnung nach Ablauf des Mietvertrags








middelen van bestaan

Mittel zur Bestreitung des Lebensunterhalts


verandering van huurder afhandelen

für die Erledigung von Mieterwechseln sorgen


communiceren met huurders

mit Mietern und Mieterinnen kommunizieren




uitzetting uit een woning [ gerechtelijke uitzetting | uitzetting van de huurder ]

Ausweisung aus einer Wohnung [ Delogierung | Zwangsdelogierung | Zwangsräumung einer Wohnung ]
TRADUCTIONS EN CONTEXTE
Een der belangrijkste auteurs met betrekking tot deze materie, B. Hubeau, stelt in zijn Kroniek van de rechtspraak sociale woninghuur (T. Vred., 1990, 321-330, in het bijzonder cijfers 13 en 17) : ' Belangrijk is eveneens het arrest van het Hof van Cassatie van 10 februari 1983, waarin wordt gesteld dat het algemeen opzet van de sociale huisvesting impliceert dat bepaalde (vaak strengere dan burgerrechtelijke, maar daarop gesteunde) verplichtingen ten aanzien van de huurder bestaan bv. de persoonlijke en effectieve bewoning : de niet-naleving daarvan kan de ontbinding van de huurovereenkomst te zijnen laste voor gevolg hebben (Cass., 10 ...[+++]

Einer der bedeutendsten Autoren auf diesem Sachgebiet, B. Hubeau, erklärt in seiner « Kroniek van de rechtspraak sociale woninghuur » (T. Vred., 1990, 321-330, insbesondere Ziffern 13 und 17): ' Wichtig ist ebenfalls der Entscheid des Kassationshofes vom 10. Februar 1983, in dem es heißt, dass das allgemeine Ziel des sozialen Wohnungswesens beinhaltet, dass bestimmte (oft strengere als zivilrechtliche, aber darauf beruhende) Verpflichtungen in Bezug auf den Mieter bestehen, wie zum Beispiel das persönliche und effektive Bewohnen: deren Nichteinhaltung kann zur Auflösung des Mietvertrags zu seinem Nachteil führen (Kass., 10. Februar 1983 ...[+++]


Het belang van de huurder in het kader van de Handelshuurwet betreft de mogelijkheid tot voortzetting van zijn handelszaak en het bestaan van waarborgen tegen misbruik door de verhuurder, die als een aspect van het eigendomsrecht in de zin van artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens moeten worden beschouwd (zie o.m. EHRM, grote kamer, 25 maart 1999, Iatridis t. Griekenland, § 54; 24 juni 2003, Stretch t. Verenigd Koninkrijk, § 36).

Das Interesse des Mieters im Rahmen des Geschäftsmietgesetzes betrifft die Möglichkeit zur Weiterführung seines Handelsgeschäfts und das Bestehen von Garantien gegen Missbrauch durch den Vermieter, die als ein Aspekt des Eigentumsrechts im Sinne von Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention zu betrachten sind (siehe u.a. EuGHMR, Große Kammer, 25. März 1999, Iatridis gegen Griechenland, § 54; 24. Juni 2003, Stretch gegen Vereinigtes Königreich, § 36).


Het belang van de huurder in het kader van de Woninghuurwet betreft het ongestoord genot van zijn gehuurde goed, dat een woning is in de zin van artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens (zie EHRM, grote kamer, 8 maart 2006, Blecic t. Kroatië, § 83; 13 mei 2008, McCann t. Verenigd Koninkrijk, § 47) en het bestaan van waarborgen tegen misbruik door de verhuurder (EHRM, 27 mei 2004, Connors t. Verenigd Koninkrijk, § 83).

Das Interesse des Mieters im Rahmen des Wohnungsmietgesetzes betrifft das Recht auf Achtung des gemieteten Gutes, das eine Wohnung im Sinne von Artikel 8 der Europäischen Menschenrechtskonvention ist (siehe EuGHMR, Große Kammer, 8. März 2006, Blecic gegen Kroatien, § 83; 13. Mai 2008, McCann gegen Vereinigtes Königreich, § 47), und das Bestehen von Garantien gegen Missbrauch durch den Vermieter (EuGHMR, 27. Mai 2004, Connors gegen Vereinigtes Königreich, § 83).


« Art. 18. Indien uit het in artikel 14 bedoelde antwoord blijkt, dat de verhuurder de hernieuwing afhankelijk stelt van voorwaarden betreffende de huurprijs, de bijdrage in de lasten, de wijze van genot of andere modaliteiten van de huur, en indien omtrent die voorwaarden onenigheid blijft bestaan, wendt de huurder zich tot de rechter binnen dertig dagen na het antwoord van de verhuurder, op straffe van verval.

« Art. 18. Wenn aus der in Artikel 14 vorgesehenen Antwort hervorgeht, dass der Vermieter die Erneuerung von Bedingungen bezüglich des Mietpreises, des Beitrags zu den Lasten, der Nutzungsart oder anderer Modalitäten des Mietvertrags abhängig macht, und wenn über diese Bedingungen Uneinigkeit bestehen bleibt, muss der Mieter sich, zur Vermeidung des Verfalls, innerhalb von dreißig Tagen nach der Antwort des Vermieters an den Richter wenden.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
De verwijzende rechter stelt aan het Hof een vraag over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van artikel 18 van de voormelde wet op de handelshuurovereenkomsten, in zoverre het, ten aanzien van de verhuurder, geen verplichtingen tot mededeling en tot informatie preciseert en oplegt met betrekking tot de voorwaarden van de aanhangigmaking bij de vrederechter indien er onenigheid blijft bestaan, terwijl artikel 14 van dezelfde wet strenge vormvoorschriften oplegt aan de huurder die de hernieuwing aanvraagt, en ...[+++]

Der vorlegende Richter befragt den Gerichtshof zur Vereinbarkeit von Artikel 18 des vorerwähnten Gesetzes über die Geschäftsmietverträge mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung, insofern darin für den Vermieter keine Verpflichtungen zur Kommunikation und Information in Bezug auf die Bedingungen der Befassung des Friedensrichters, falls Uneinigkeit bestehen bliebe, präzisiert und auferlegt würden, während in Artikel 14 desselben Gesetzes dem Mieter, der die Erneuerung beantrage, strenge Formvorschriften zur Vermeidung des Verfalls des Rechts auf Erneuerung auferlegt würden.


« Schendt artikel 18 van de wet van 30 april 1951 op de handelshuurovereenkomsten de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het de verplichtingen van de verhuurder tot mededeling en tot informatie niet preciseert en oplegt met betrekking tot de voorwaarden van de aanhangigmaking bij de vrederechter indien er ' onenigheid blijft bestaan ', terwijl artikel 14 van de wet op de handelshuurovereenkomsten strenge vormvoorschriften oplegt aan de huurder die de hernieuwing aanvraagt, en zulks op straffe van verval van het recht op her ...[+++]

« Verstößt Artikel 18 des Gesetzes vom 30. April 1951 über die Handelsmietverträge gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er die Verpflichtungen zur Kommunikation und Information auf Seiten des Vermieters hinsichtlich der Bedingungen der Befassung des Friedensrichters in dem Fall, dass ' Uneinigkeit bestehen bleibt ', weder präzisiert noch auferlegt, während Artikel 14 des Gesetzes über die Handelsmietverträge dem Mieter, der die Erneuerung beantragt, strenge Formvorschriften zur Vermeidung des Verfalls des Rechts auf Erneuerung auferlegt?


De verwijzende rechter vraagt het Hof of het hiervoor aangehaalde artikel 3, § 2, in die zin geïnterpreteerd dat, indien de huurder gebruik maakt van de mogelijkheid van de tegenopzegging bepaald in paragraaf 5, derde lid, de verhuurder wordt vrijgesteld van zijn verplichting, bepaald in paragraaf 2, om het gehuurde goed persoonlijk te betrekken, in strijd is met de artikelen 10, 11 en 23 van de Grondwet, enerzijds, omdat, wanneer een verhuurder aan de huurder een opzegging betekent zonder motivering, luidens paragraaf 4, de huurder recht heeft op een vergoeding, ook al maakt hij gebruik van de tegenopzegging en, anderzijds, omdat onder ...[+++]

Der vorlegende Richter fragt den Hof, ob der vorerwähnte Artikel 3 § 2, dahingehend ausgelegt, dass in dem Fall, wo der Mieter die in Paragraph 5 Absatz 3 vorgesehene Möglichkeit der Gegenkündigung nütze, der Vermieter von seiner in Paragraph 2 vorgesehenen Verpflichtung, selbst das vermietete Objekt zu beziehen, befreit sei, gegen die Artikel 10, 11 und 23 der Verfassung verstosse, weil einerseits dann, wenn ein Vermieter dem Mieter eine unbegründete Kündigung notifiziere, der Mieter gemäss Paragraph 4 Anspruch auf eine Entschädigung habe, selbst wenn er eine Gegenkündigung vornehme, und weil andererseits ein nicht gerechtfertigter Behandlungsunterschied zwischen Mietern bestehe ...[+++]


« Schenden de artikelen 37, § 1, 38, § 2, en 39, § 2, van het Vlaamse decreet van 22 februari 1995 betreffende de bodemsanering (' bodemsaneringsdecreet ') de artikelen 39 en 134 van de Grondwet, alsook het in uitvoering ervan genomen artikel 6, § 1, II, 1°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 in zoverre zij een verbod tot beëindiging inhouden van een huurovereenkomst met betrekking tot een grond waarop een risico-inrichting of -activiteit gevestigd is of wordt uitgevoerd of waar ernstige aanwijzingen van bodemverontreiniging bestaan, en aldus een rechtstreekse weerslag hebben op de contractuele verhoudingen tussen de ...[+++]

« Verstossen die Artikel 37 § 1, 38 § 2 und 39 § 2 des flämischen Dekrets vom 22. Februar 1995 über die Bodensanierung (' Bodensanierungsdekret ') gegen die Artikel 39 und 134 der Verfassung sowie gegen den in deren Ausführung verabschiedeten Artikel 6 § 1 II Nr. 1 des Sondergesetzes vom 8. August 1980, insofern sie die Beendigung eines Mietvertrags bezüglich eines Grundstücks, auf dem eine risikoträchtige Einrichtung oder Tätigkeit angesiedelt ist oder bei dem ernsthafte Hinweise auf Bodenverschmutzung vorliegen, untersagen und sich somit unmittelbar auf das Vertragsverhältnis zwischen Mieter und Vermieter auswirken?


« Schenden de artikelen 37, § 1, 38, § 2, en 39, § 2, van het Vlaamse decreet van 22 februari 1995 betreffende de bodemsanering (' bodemsaneringsdecreet ') de artikelen 39 en 134 van de Grondwet, alsook het in uitvoering ervan genomen artikel 6, § 1, II, 1, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 in zoverre zij een verbod tot beëindiging inhouden van een huurovereenkomst met betrekking tot een grond waarop een risico-inrichting of -activiteit gevestigd is of wordt uitgevoerd of waar ernstige aanwijzingen van bodemverontreiniging bestaan, en aldus een rechtstreekse weerslag hebben op de contractuele verhoudingen tussen de ...[+++]

« Verstossen die Artikel 37 § 1, 38 § 2 und 39 § 2 des flämischen Dekrets vom 22. Februar 1995 über die Bodensanierung ('Bodensanierungsdekret') gegen die Artikel 39 und 134 der Verfassung sowie gegen den in deren Ausführung verabschiedeten Artikel 6 § 1 II Nr. 1 des Sondergesetzes vom 8. August 1980, insofern sie die Beendigung eines Mietvertrags bezüglich eines Grundstücks, auf dem eine risikoträchtige Einrichtung oder Tätigkeit angesiedelt ist oder bei dem ernsthafte Hinweise auf Bodenverschmutzung vorliegen, untersagen und sich somit unmittelbar auf das Vertragsverhältnis zwischen Mieter und Vermieter auswirken?


De verhuurder is ertoe gehouden op dat aanbod binnen drie maanden een antwoord te geven, bij ontstentenis waarvan hij vermoed wordt in te stemmen; bovendien mag hij, krachtens de artikelen 14 tot 24 van de wet, zich ten aanzien van het aanbod dat hem door de huurder wordt gedaan, behoudens schadeloosstelling van laatstgenoemde (artikel 16, IV), enkel beroepen op één van de in artikel 16 vermelde wettige redenen tot weigering, andere voorwaarden of het bestaan van een aanbod van een derde, hetgeen, in geval van betwisting, wordt onderworpen aan de control ...[+++]

Der Vermieter ist verpflichtet, das Angebot innerhalb von drei Monaten zu beantworten, sonst wird seine Zustimmung als gegeben angesehen; ausserdem darf er sich, kraft der Artikel 14 bis 24 des Gesetzes, hinsichtlich des vom Mieter ihm unterbreiteten Angebots, vorbehaltlich der Entschädigung des Letztgenannten (Artikel 16 IV), nur auf einen der in Artikel 16 genannten gesetzlichen Weigerungsgründe, andere Bedingungen oder das Vorhandensein eines Drittangebotes berufen, was im Falle der Beanstandung der Kontrolle durch den Friedensrichter unterliegt.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'huurder bestaan' ->

Date index: 2025-03-26
w