41. benadrukt dat iedere aanvullende dienst die in het voertuig kan worden gebruikt – met name tijdens het rijden – moet voldoen aan duidelijke normen inzake veiligheid, beveiliging, gegevensbescherming en de persoonlijke levenssfeer, en dat de naleving van dergelijke normen moet worden getoetst en gecontroleerd;
41. betont, dass alle weiteren Dienste, die in einem Fahrzeug genutzt werden – insbesondere während der Fahrt – allen Anforderungen an Sicherheit und Datenschutz genügen müssen;