D
at, anderzijds, geen enkele tuchtprocedure is ingesteld tegen eiseres en dat de voorzitter van de rechtbank van koophandel haar, bij de bestreden handeling, geen verwittiging, die van de in artikel 405, eerste lid, van het Gerec
htelijk Wetboek, op beperkende wijze opgesomde tuchtstraffen, de enige is die krachtens artikel 412, 2°, van dat wetboek onder haa
r bevoegdheid valt, evenmin als een van die overige straffen, heeft opgelegd
...[+++];