1. Indien een onderzoek van het EOM betrekking heeft op personen die krachtens het nationale recht een voorrecht of immuniteit genieten dat/die een belemmering vormt voor een bepaald onderzoek, dient de Europese hoofdaanklager een gemotiveerd schriftelijk verzoek in tot opheffing van dat voorrecht of die immuniteit overeenkomstig de procedures die daarvoor in het nationale recht zijn vastgesteld.
(1) Betreffen die Ermittlungen der EUStA Personen, die nach nationalem Recht durch ein Vorrecht oder eine Befreiung geschützt sind, und behindert dieses Vorrecht oder diese Befreiung die Durchführung eines bestimmten Ermittlungsverfahrens, so stellt der Europäische Generalstaatsanwalt im Einklang mit den in dem betreffenden nationalen Recht vorgesehenen Verfahren schriftlich einen mit Gründen versehenen Antrag auf ihre Aufhebung.