50. is van mening dat de kandidaatlanden zich
op het stuk van het industriebeleid in wezen voor twee uitdagingen gesteld zien, nl. de aanpassing van hun wetgeving aan het Gemeenschapsrecht acquis communautaire en de vergroting van het concurrentievermogen van hun industrieën; wijst erop dat de aanpassing van de wetgevingen aan het Gemeenschapsrecht niet beperkt blijft tot werkzaamheden van wetgevende aard, maar gepaard dient te gaan met de totstandbrenging van een rechtsstaat waarin aan iedere investeerder voldoende rechtszekerheid wordt geboden; wijst er eveneens met nadruk op dat de vooruitgang die wordt geboekt bij het verwezenlijke
...[+++]n van deze taken tegelijk een norm is voor de vaststelling van het moment waarop een kandidaatland toetreedt; 50. ist der Auffassung, dass sich die Bewerbersta
aten im Bereich der Industriepolitik im Wesentlichen zwei Herausforderungen gegenübersehen, nämlich der Anpassung ihrer Rechtsordnungen an den gemeinschaftlichen Besitzstand sowie der Steigerung der Wettbewerbsfähigkeit ihrer Industrien; unterstreicht, dass die Anpassung der Rechtsordnungen an das Gemeinschaftsrecht nicht auf gesetzgeberische Tätigkeit beschränkt ist, sondern einhergehen muss mit einem rechtsstaatlichen Vollzug, der jedem Investor hinreichende Rechtssicherheit gibt; betont ebenso, dass die Fortschritte bei der Bewältigung dieser Aufgaben zugleich Maßstab für die Festsetz
...[+++]ung des Beitrittszeitpunkts der einzelnen Bewerberstaaten ist;