Indien een van de overige deelnemers gedurende deze periode om een bespreking verzoekt, neemt de initiatiefnemende deelnemer nogmaals een wachttermijn van tien kalenderdagen in acht.
Ersucht innerhalb dieser Frist ein anderer Teilnehmer um eine Aussprache, so schiebt der das Verfahren einleitende Teilnehmer die Zusage um weitere zehn Kalendertage auf.