Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Aangifte der inkomsten
Belastingheffing op inkomsten uit spaargelden
Bewijsstuk van inkomsten
Horeca-inkomsten beheren
Horeca-omzet beheren
Inkomsten
Inkomsten beheren
Inkomsten uit de visserij
Inkomsten uit investeringen
Inkomsten uit stichtingen
Inkomsten van stichtingsvermogens
Inkomsten voor vissers
Omzet beheren
Omzet van een bar beheren
Omzet van een hotel beheren
Periodieke inkomsten
Periodieke ontvangsten
Spaarbelasting
Terugkerende inkomsten
Visserijinkomsten
Winst op geïnvesteerd vermogen

Vertaling van "inkomsten uit " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE
inkomsten uit de visserij [ inkomsten voor vissers | visserijinkomsten ]

Fischereieinkommen [ Einkommen aus Fischerei | Einkommen der Fischer ]


inkomsten uit stichtingen | inkomsten van stichtingsvermogens

Einkünfte aus Stiftungen


inkomsten uit investeringen [ winst op geïnvesteerd vermogen ]

Kapitaleinkünfte [ Anlageertrag | Dividende | Einkommen aus Investitionen | Kapitalerträge ]


belastingheffing op inkomsten uit spaargelden | belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling | spaarbelasting

Besteuerung von Zinserträgen


periodieke inkomsten | periodieke ontvangsten | terugkerende inkomsten

wiederkehrende Einnahme


horeca-omzet beheren | omzet van een hotel beheren | horeca-inkomsten beheren | omzet van een bar beheren

Einnahmen aus der Bewirtung verwalten | Gasteinnahmen verwalten | Bewirtungseinnahmen verwalten | Gästeeinnahmen verwalten








IN-CONTEXT TRANSLATIONS
"Voor de toepassing van dit artikel wordt geen rekening gehouden met de in juli, augustus en september via een studentenovereenkomst verdiende inkomsten uit winstgevende activiteiten van de kinderen die daartoe gemachtigd zijn overeenkomstig artikel 1, 2°, tweede en derde zin, van het koninklijk besluit van 14 juli 1995 waarbij sommige categorieën studenten uit het toepassingsgebied van Titel VII van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten worden gesloten, behalve wat betreft de in artikelen 7 en 12 bedoelde kinderen".

"Bei der Anwendung dieses Artikels werden die im Rahmen eines Studentenvertrages verdienten Einkünfte aus einer Erwerbstätigkeit der dazu ermächtigten Kinder gemäß Artikel 1, Nummer 2, zweiter und dritter Satz des Königlichen Erlasses vom 14. Juli 1995, wobei bestimmte Studentenkategorien aus dem Anwendungsbereich des Titels VII des Gesetzes vom 3. Juli 1978 über die Arbeitsverträge ausgeschlossen werden, nicht berücksichtigt, außer im Falle der in den Artikeln 7 und 12 genannten Kinder".


"Voor de toepassing van het eerste lid, 2°, wordt geen rekening gehouden met de in juli, augustus en september via een studentenovereenkomst verdiende inkomsten uit een winstgevende activiteit van de kinderen die daartoe gemachtigd zijn overeenkomstig artikel 1, 2°, tweede zin, van het koninklijk besluit van 14 juli 1995 waarbij sommige categorieën studenten uit het toepassingsgebied van Titel VII van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten worden gesloten, tenzij het kind niet effectief de lessen hervat".

"Bei der Anwendung von Absatz 2, 2°, werden die im Rahmen eines Studentenvertrages im Juli, August und September verdienten Einkünfte aus einer Erwerbstätigkeit der dazu ermächtigten Kinder gemäß Artikel 1, Nummer 2, zweiter Satz des Königlichen Erlasses vom 14. Juli 1995, wobei bestimmte Studentenkategorien aus dem Anwendungsbereich des Titels VII des Gesetzes vom 3. Juli 1978 über die Arbeitsverträge ausgeschlossen werden, nicht berücksichtigt, es sei denn, dass das Kind nicht tatsächlich den Unterricht wieder aufnimmt".


Art. 8. § 1. De personen die zich schuldig hebben gemaakt aan misdrijven als bedoeld in de artikelen 206 en 206bis van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten in zoverre deze artikelen betrekking hebben op de registratierechten die vermeld zijn in artikel 3, eerste lid, van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, aan misdrijven zoals bedoeld in de artikelen 133 et 133bis van het Wetboek der successierechten of aan de misdrijven omschreven in artikel 505 van het Strafwetboek, in zoverre die betrekking hebben op de vermogensvoordelen die rechtstreeks uit de voormelde misdrijven zijn verkregen of op de goederen en waarden die in de plaats ervan gesteld zijn ...[+++]

Art. 8 - § 1. Personen, die Straftaten begangen haben, die in den Artikeln 206 und 206bis des Registrierungs-, Hypotheken- und Kanzleigebührengesetzbuches erwähnt sind, insofern diese Artikel sich auf die Registrierungsgebühren beziehen, die in Artikel 3 Absatz 1 des Sondergesetzes vom 16. Januar 1989 über die Finanzierung der Gemeinschaften und der Regionen erwähnt sind, oder in den Artikeln 133 und 133bis des Erbschaftssteuergesetzbuches erwähnt sind, oder Straftaten, die in Artikel 505 des Strafgesetzbuches erwähnt sind, insofern sie Vermögensvorteile, die unmittelbar aus den vorerwähnten Straftaten gezogen wurden, Güter und Werte, die an ihre Stelle getreten sind, oder Einkünfte aus diesen investierten Vorteilen be ...[+++]


« Schenden de artikelen 8, tweede lid, en 23, in fine, van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 16 van de Grondwet en artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre zij toestaan dat zaken die toebehoren aan derden te goeder trouw die niet bij het misdrijf betrokken zijn, in beslag worden genomen, aangezien zij niet voorzien in de teruggave aan die personen van de in beslag genomen zaken en evenmin voorzien in de oproeping van die personen opdat zij zich kunnen uitspreken over de verplichte verbeurdverklaring, terwijl daarentegen artikel 43bis van het ...[+++]

« Verstoßen die Artikel 8 Absatz 2 und 23 in fine des Gesetzes vom 8 Juni 2006 zur Regelung der wirtschaftlichen und individuellen Tätigkeiten mit Waffen gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit Artikel 16 der Verfassung und Artikel 1 des ersten Zusatzprotokolls zur Europäischen Menschenrechtskonvention, indem sie es ermöglichen, dass Sachen, die gutgläubigen, nicht an der Straftat beteiligten Dritten gehören, eingezogen werden, insofern sie nicht die Rückgabe der eingezogenen Sachen an diese Personen vorsehen und insofern sie nicht die Ladung dieser Personen im Hinblick darauf, sich zur obligatorischen Einziehung äußern zu können, vorsehen, während im Gegenteil Artikel 43bis des Strafgesetzbuches - nach den im königlich ...[+++]


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
3° Op de vermogensvoordelen die rechtstreeks uit het misdrijf zijn verkregen, op de goederen en waarden die in de plaats ervan zijn gesteld en op de inkomsten uit de belegde voordelen ».

3. auf die Vermögensvorteile, die unmittelbar aus der Straftat gezogen wurden, auf die Güter und Werte, die an ihre Stelle getreten sind, und auf die Einkünfte aus diesen investierten Vorteilen ».


Artikel 266 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (hierna : WIB 1992), vóór de wijziging ervan bij artikel 95 van de wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen (hierna : GVV-wet), bepaalde : « De Koning kan, onder de voorwaarden en binnen de grenzen die Hij bepaalt, geheel of ten dele afzien van de inning van de roerende voorheffing op inkomsten van roerende goederen en kapitalen en van diverse inkomsten, indien het verkrijgers betreft van wie de identiteit kan worden vastgesteld, of door collectieve beleggingsinstellingen naar buitenlands recht die een onverdeeld vermogen zijn dat wordt beheerd door een beheersvennootschap voor rekening van deelnemers, wanneer hun aandelen in België niet openbaar ...[+++]

Artikel 266 des Einkommensteuergesetzbuches 1992 (nachstehend: EStGB 1992) bestimmte vor seiner Abänderung durch Artikel 95 des Gesetzes vom 12. Mai 2014 über die beaufsichtigten Immobiliengesellschaften: « Der König kann unter Bedingungen und in Grenzen, die Er bestimmt, ganz oder teilweise von der Erhebung des Mobiliensteuervorabzugs auf Einkünfte aus Kapitalvermögen und beweglichen Gütern und auf verschiedene Einkünfte absehen, sofern es sich um Einkünfte handelt, die von Empfängern bezogen werden, deren Identität festgestellt werden kann, oder von Instituten für gemeinsame Anlagen ausländischen Rechts, die ein ungeteiltes Vermögen darstellen, das von einer Verwaltungsgesellschaft für Rechnung der Teilnehmer verwaltet wird, wenn ihre An ...[+++]


Hierdoor zullen de verzakingen van de roerende voorheffing die van toepassing zijn op inkomsten uit aandelen van een vastgoedbevak ook van toepassing worden op de inkomsten uit aandelen van gereglementeerde vastgoedvennootschappen » (Parl. St., Kamer, 2015-2016, DOC 54-1505/001, p. 32).

Hierdurch wird der Verzicht auf den Mobiliensteuervorabzug, der die auf Einkünfte aus Aktien bzw. Anteilen einer Investmentgesellschaft mit fixem Kapital Anwendung findet, auch auf die Einkünfte aus Aktien bzw. Anteilen von beaufsichtigten Immobiliengesellschaften anwendbar » (Parl. Dok., Kammer, 2015-2016, DOC 54-1505/001, S. 32).


Het vastleggen van bijzondere wijzen van bewijsvoering om de belastbare grondslag te bepalen die van toepassing is op de inkomsten van de ondernemingen of beoefenaars van een vrij beroep, kan worden verantwoord door het feit dat het voor de belastingadministratie moeilijker is om het bedrag van de inkomsten die de beoefenaars van een vrij beroep ontvangen, vast te stellen, aangezien die inkomsten uit diverse bronnen afkomstig zijn en van jaar tot jaar sterk kunnen variëren, terwijl de bezoldigingen van de werknemers in beginsel vooraf worden bepaald en niet aan schommelingen onderhevig zijn.

Die Festlegung besonderer Weisen der Beweisführung zur Bestimmung der auf die Einkünfte der Unternehmen und der Inhaber eines freien Berufs anwendbaren Besteuerungsgrundlage lässt sich dadurch rechtfertigen, dass es für die Steuerverwaltung schwieriger ist, den Betrag der Einkünfte der Inhaber eines freien Berufs zu ermitteln, da diese Einkünfte aus unterschiedlichen Quellen stammen und von Jahr zu Jahr stark schwanken können, während die Entlohnungen der Arbeitnehmer grundsätzlich vorher festgelegt sind und keinen zufallsbedingten Schwankungen unterliegen.


Het in B.4 beschreven verschil in behandeling is niet zonder redelijke verantwoording, aangezien uit hetgeen in B.2 is vermeld, blijkt dat het bij de in het geding zijnde bepaling (artikel 171, 5°, c), van het WIB 1992) ingevoerde stelsel van de compensatievergoedingen analoog is aan het stelsel dat voor de inkomsten uit de beroepswerkzaamheid is ingevoerd (artikel 171, 5°, b), van hetzelfde Wetboek) en aangezien, voor het overige, uit hetgeen in B.7 is vermeld, blijkt dat de belastingplichtigen die winst of baten genieten, worden behandeld op een wijze die analoog is aan die waarin is voorzien voor de belastingplichtigen die bezoldiging ...[+++]

Der in B.4 beschriebene Behandlungsunterschied entbehrt nicht einer vernünftigen Rechtfertigung, da aus dem in B.2 Erwähnten hervorgeht, dass das durch die fragliche Bestimmung (Artikel 171 Nr. 5 Buchstabe c) des EStGB 1992) eingeführte System der Ausgleichsentschädigungen analog zu dem System ist, das für die Einkünfte aus der Berufstätigkeit eingeführt wurde (Artikel 171 Nr. 5 Buchstabe b) desselben Gesetzbuches) und da sich im Übrigen aus dem in B.7 Erwähnten ergibt, dass die Steuerpflichtigen, die Gewinne oder Profite erhalten, auf eine Weise behandelt werden, die analog zu derjenigen ist, die für die Steuerpflichtigen vorgesehen ist ...[+++]


Het Hof moet voorts nagaan of de belastingplichtige die ambtshalve is belast op grond van artikel 342, § 3, zonder het precieze bedrag van de inkomsten uit de uitoefening van zijn beroep te bewijzen, het willekeurige karakter van de door de belastingadministratie gevestigde aanslag kan aantonen.

Der Gerichtshof muss noch prüfen, ob die von Amts wegen aufgrund von Artikel 342 § 3 des EStGB 1992 besteuerten Steuerpflichtigen, ohne den genauen Betrag der Einkünfte aus der Berufsausübung nachzuweisen, die willkürliche Beschaffenheit der durch die Steuerverwaltung durchgeführten Veranlagung nachweisen können.


w