De regeling van de artikelen 32, 2°, en 46, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek biedt aan de geadresseerde van een gerechtsbrief in beginsel afdoende waarborgen om op korte termijn en zonder buitengewone inspanningen kennis te nemen van de stukken die hem worden toegezonden, indien zij hem niet persoonlijk zijn overhandigd.
Die in Artikel 32 Nr. 2 und in Artikel 46 § 2 des Gerichtsgesetzbuches vorgesehene Regelung bietet dem Adressaten eines Gerichtsschreibens grundsätzlich hinreichend Garantien, um innerhalb kurzer Zeit und ohne aussergewöhnliche Mühe Einsicht in die ihm zugeschickten Dokumente zu nehmen, wenn sie ihm nicht persönlich ausgehändigt worden sind.