' Art. 313. De aan de personenbelasting onderworpen belastingplichtigen zijn ertoe gehouden in hun jaarlijkse aangifte in de voormelde belasting de inkomsten van roerende goederen en kapitalen bedoeld in artikel 17, § 1, alsmede de in artikel 90, 6° en 11°, bedoelde diverse inkomsten, te vermelden behalve wanneer het gaat om in artikel 171, 2°ter, bedoelde interesten en dividenden die zijn onderworpen aan de inhouding aan de bron van de heffing bedoeld in artikel 174/1.
' Art. 313. Steuerpflichtige, die der Steuer der n
atürlichen Personen unterliegen, sind verpflichtet, in ihrer jährlichen Erklärung zu vorerwähnter Steuer in Artikel 17 § 1 erwähnte Einkünfte aus Kapitalvermögen und beweglichen Gütern und in Artikel 90 Nr. 6 und 11 erwähnte verschiedene Einkünft
e anzugeben, ausser wenn es sich um Zinsen un
d Dividenden handelt, die in Artikel 171 Nr. 2ter erwähnt sind und Gegenstand der Einbehaltung an der Quelle der i
...[+++]n Artikel 174/1 erwähnten Abgabe waren.