6. Voor de invoer van het in lid 5 bedoelde zaad door de in het tweede streepje van dat lid bedoelde personen geldt een controleregeling die van toepassing is totdat het zaad een andere bestemming dan inzaaiing heeft gekregen.
(6) Jedwede Einfuhr von Samen nach Absatz 5 durch Personen im Sinne von Absatz 5 zweiter Gedankenstrich wird so lange überwacht, bis die Samen einer anderen Bestimmung als der Aussaat zugeführt sind.