- onder verwijzing naar zijn resoluties van 18 mei 2000 over Iran, 13 april 2000 over de gevangenen in Iran die terecht zullen staan op beschuldiging van spionage voor Israël en de Verenigde Staten en 16 september 1999 over de situatie van de gevangen in Iran die van spionage worden beschuldigd ,
- unter Hinweis auf seine früheren Entschließungen vom 18. Mai 2000 , vom 13. April 2000 und vom 16. September 1999 zu der Lage der Menschenrechte im Iran,