5. onderstreept de noodzaak van alomvattende vrede, waarmee een einde wordt gemaakt aan alle vorderingen en wordt voldaan aan de legitieme verlangens van beide partijen, waaronder die van de Israëliërs inzake veiligheid en die van de Palestijnen inzake een eigen staat; benadrukt dat de enige mogelijke oplossing voor het conflict het naast elkaar bestaan van twee staten, Israël en Palestina, is; is dan ook van mening dat de erkenning van Palestina als staat, als subject van internationaal recht, noodzakelijk is als uitkomst van een onderhandelingsproces tussen de twee partijen;
5. hebt hervor, dass ein umfassendes Friedensabkommen notwendig ist, das allen Forderungen ein Ende setzt und dem legitimen Streben beider Parteien gerecht wird, einschließlich des Strebens der Israelis nach Sicherheit und des Strebens der Palästinenser nach einem eigenen Staat; betont, dass die einzig mögliche Lösung des Konflikts in der Koexistenz zweier Staaten – Israels und Palästinas – liegt; vertritt deshalb die Auffassung, dass die Anerkennung Palästinas als Staat und Völkerrechtsubjekt das notwendige Ergebnis von Verhandlungen zwischen den beiden Parteien sein muss;